Morfologie
Het Bangla is een agglutinerende taal en heeft een rijke morfologie. Dit wil zeggen dat de woorden gevormd worden door het toevoegen van prefixen en suffixen aan de stam. Dit gebeurt met name bij werkwoorden waarbij iedere stam wel meer dan 50 vormen kan aannemen.
Werkwoorden Werkwoorden kunnen een finiete en niet-finiete vorm aannemen. De niet-finiete vorm is de stam van het werkwoord, deze vorm is niet gemarkeerd voor persoon of tijd. De finiete vorm is de stam van het werkwoord met een suffix. Het suffix zorgt ervoor dat het werkwoord gemarkeerd is voor persoon, tijd, aspect en status. De werkwoorden vertonen agglutinerende functies, dit wil zeggen dat wanneer een werkwoord gemarkeerd wordt met een suffix, iedere suffix een aparte en eigen betekenis heeft en de suffixen achter elkaar aan geplakt worden. Het Bangla kent drie verschillende tijden: verleden, heden en toekomst. Voor persoonsmarkering maakt het Bangla gebruik van een eerste, tweede en derde persoon. Voor aspect maakt het gebruik van simpel, perfect of progressief en voor status intiem, vertrouwd of formeel. Tijd In de tegenwoordige tijd is tijdsmarkering niet aanwezig op een werkwoord. Voor de tegenwoordige tijd bevat de stam van het werkwoord dus alleen de markering tot persoon. Bij de verleden tijd bevat de stam van het werkwoord een progressief markering voor aspect, verleden tijdsmarkering en markering voor persoon. Persoon Het Bangla kent drie verschillende markeerders voor persoon (eerste, tweede en derde persoon). Geslacht Het Bangla heeft geen geslacht. Zelfstandig naamwoorden Cijfers en bijvoeglijke naamwoorden staan voor het zelfstandig naamwoord. Zelfstandige naamwoorden en voornaamwoorden worden vervoegd voor naamval. Het Bangla kent voor de zelfstandige naamwoorden enkelvoud, meervoud en vier naamvallen:
Samenstellingen Het lexicon van het Bangla heeft veel samenstellingen waardoor er veel woorden zijn die bestaan uit meer dan één stam. Deze kunnen gevormd worden door bijvoorbeeld zelfstandige naamwoorden, voornaamwoorden en bijvoeglijke naamwoorden. Lidwoorden Lidwoorden komen in het Bangla, anders dan in het Nederlands na het zelfstandig naamwoord. |