Fonologie
Het klanksysteem van Kutchi lijkt op dat van andere Indo-Arische talen. Zo heeft Kutchi een groot aantal klanken. De meeste lettergrepen eindigen op een klinker of semi-klinker en er zijn zeer weinig lettergrepen die eindigen op een medeklinker. Daarnaast komen medeklinkerclusters zelden voor. Klinkers Het Kutchi beschikt over de volgende reeks klinkers: /i:/, /ɑ/, /ɔ/, /u/, /e/, /ɛ/, /o/, /ɪ/, /ə/, en /ʊ/. Al deze klinkers, behalve /ʊ/ zijn ook aanwezig in het Nederlands. In figuur 3 is een overzicht van de klinkers die enkel in het Kutchi (rood omcirkeld), enkel in het Nederlands (blauw omcirkeld), en in beide talen (groen omcirkeld) voorkomen. Het Kutchi kent meer lange dan korte klinkers en daarnaast hebben veel klinkers een nasale tegenhanger, namelijk de /ĩ/, /ẽ/, /ũ/, /õ/, en /ɑ̃/. Het is ons niet bekend of Kutchi, net als het Nederlands, ook diftongen bevat (zoals in het Nederlands onder andere [ɛi] in tijd, en [ʌu] in koud), maar de aanname is dat dat niet het geval is, gezien de klinkerinventaris uit gerelateerde talen. |
Figuur 3: Overzicht van de klinkers in het Kutchi en Nederlands. Noot. Aangepast overgenomen uit The International Phonetic Alphabet and the IPA Chart, z.d. (http://www.internationalphoneticassociation.org/content/ipa-chart)
Medeklinkers
Voor de medeklinkers geldt dat het Kutchi meer medeklinkers heeft dan de meeste andere Indo-Arische talen. In tabel 2 zijn de medeklinkers van het Kutchi weergegeven door middel van cirkeltjes. De roodomcirkelde klanken komen veel voor in de taal en de blauwomcirkelde klanken komen weinig voor (vooral in leenwoorden).
Voor de medeklinkers geldt dat het Kutchi meer medeklinkers heeft dan de meeste andere Indo-Arische talen. In tabel 2 zijn de medeklinkers van het Kutchi weergegeven door middel van cirkeltjes. De roodomcirkelde klanken komen veel voor in de taal en de blauwomcirkelde klanken komen weinig voor (vooral in leenwoorden).
Tabel 2: Overzicht van de consonanten in het Kutchi. Noot. Aangepast overgenomen uit The International Phonetic Alphabet and the IPA Chart, z.d. (http://www.internationalphoneticassociation.org/content/ipa-chart)
Geaspireerd versus ongeaspireerd
Het Kutchi maakt onderscheid tussen geaspireerde en ongeaspireerde klanken. Er is bijvoorbeeld een hoorbaar verschil tussen een geaspireerde /pʰ/ en een ongeaspireerde /p/. In bijvoorbeeld het Brits-Engels zijn deze klanken allofonen van eenzelfde klank, maar in het Kutchi zijn deze klanken fonemen, omdat zij betekenisonderscheidend zijn. Geaspireerde medeklinkers worden geproduceerd met een sterke luchtstoot, denk aan de manier waarop Britten de /p/ en de /t/ en de /k/ uitspreken aan het begin van een woord.
Al de plofklanken, de lateralen en de flap hebben een geaspireerde tegenhanger. Ook de nasalen /m/, /n/ en /ɳ/ hebben een geaspireerde tegenhanger, maar de /ɲ/ en de /ŋ/ niet (voor zover bekend). De affricatief (combinatie plof- en wrijfklank) is niet af te lezen in de bovenstaande tabel, maar de /tʃ/ is aanwezig in het Kutchi en heeft ook een geaspireerde tegenhanger.
Alveolair versus retroflex
Het Kutchi maakt ook onderscheid tussen alveolaire en retroflexe klanken. Alveolairen worden geproduceerd met de tongpunt tegen het harde gehemelte, zoals de /t/, terwijl retroflexen worden geproduceerd door de tong naar achter te krullen en niet de tongpunt, maar de onderkant van de tong tegen het gehemelte te plaatsen, zoals de /ʈ/.
Implosieven
Het Kutchi kent ook een aantal implosieve medeklinkers, namelijk /ɓ/, /ɗ/, /ʄ/ en /ɠ/. Deze komen in andere Indo-Arische talen niet voor. Implosieven zijn medeklinkers die worden geproduceerd door lucht naar binnen te zuigen, in tegenstelling tot de meer gebruikelijke manier van spraakproductie door lucht naar buiten te blazen. Daarnaast zijn er enkele gebieden in Sindh en Gujarat waar spraakpatronen “strakke fonatie” bevatten. Dit is een specifieke manier van stemgebruik waarbij de stembanden op een bepaalde manier worden gespannen, waardoor de luchtstroom die nodig is voor de productie van implosieven wordt gefaciliteerd. Dit kan bijdragen aan de kwaliteit en het onderscheid van de implosieve klanken. Voorbeelden van woorden waarin implosieve klanken voorkomen zijn bara (buiten), bai (zus), dari (baard), jaro (spinnenweb) en gayn (lied).
Klemtoon
De klemtoon is niet betekenisonderscheidend in het Kutchi. De klemtoon valt gewoonlijk op de ‘zwaarste’ lettergreep van het woord: lettergrepen met een medeklinker gevolgd door een klinker (CV) zijn zwaarder dan lettergrepen die bestaan uit enkel een klinker (V), en lettergrepen met een medeklinker gevolgd door twee of drie klinkers (CVV, CVVV) zijn zwaarder dan lettergrepen met een medeklinker en een klinker (CV).
Opvallendheden
Er is in de Kutchi taal een interessant verschijnsel waargenomen dat vooral duidelijk is in de omgang met leenwoorden (met name woorden uit het Urdu en Engels). Kutchi-sprekers hebben steeds meer de neiging tot het verwijderen en invoegen van klinkers aan het einde van woorden (Abbasi et al., 2018).
Het Kutchi maakt onderscheid tussen geaspireerde en ongeaspireerde klanken. Er is bijvoorbeeld een hoorbaar verschil tussen een geaspireerde /pʰ/ en een ongeaspireerde /p/. In bijvoorbeeld het Brits-Engels zijn deze klanken allofonen van eenzelfde klank, maar in het Kutchi zijn deze klanken fonemen, omdat zij betekenisonderscheidend zijn. Geaspireerde medeklinkers worden geproduceerd met een sterke luchtstoot, denk aan de manier waarop Britten de /p/ en de /t/ en de /k/ uitspreken aan het begin van een woord.
Al de plofklanken, de lateralen en de flap hebben een geaspireerde tegenhanger. Ook de nasalen /m/, /n/ en /ɳ/ hebben een geaspireerde tegenhanger, maar de /ɲ/ en de /ŋ/ niet (voor zover bekend). De affricatief (combinatie plof- en wrijfklank) is niet af te lezen in de bovenstaande tabel, maar de /tʃ/ is aanwezig in het Kutchi en heeft ook een geaspireerde tegenhanger.
Alveolair versus retroflex
Het Kutchi maakt ook onderscheid tussen alveolaire en retroflexe klanken. Alveolairen worden geproduceerd met de tongpunt tegen het harde gehemelte, zoals de /t/, terwijl retroflexen worden geproduceerd door de tong naar achter te krullen en niet de tongpunt, maar de onderkant van de tong tegen het gehemelte te plaatsen, zoals de /ʈ/.
Implosieven
Het Kutchi kent ook een aantal implosieve medeklinkers, namelijk /ɓ/, /ɗ/, /ʄ/ en /ɠ/. Deze komen in andere Indo-Arische talen niet voor. Implosieven zijn medeklinkers die worden geproduceerd door lucht naar binnen te zuigen, in tegenstelling tot de meer gebruikelijke manier van spraakproductie door lucht naar buiten te blazen. Daarnaast zijn er enkele gebieden in Sindh en Gujarat waar spraakpatronen “strakke fonatie” bevatten. Dit is een specifieke manier van stemgebruik waarbij de stembanden op een bepaalde manier worden gespannen, waardoor de luchtstroom die nodig is voor de productie van implosieven wordt gefaciliteerd. Dit kan bijdragen aan de kwaliteit en het onderscheid van de implosieve klanken. Voorbeelden van woorden waarin implosieve klanken voorkomen zijn bara (buiten), bai (zus), dari (baard), jaro (spinnenweb) en gayn (lied).
Klemtoon
De klemtoon is niet betekenisonderscheidend in het Kutchi. De klemtoon valt gewoonlijk op de ‘zwaarste’ lettergreep van het woord: lettergrepen met een medeklinker gevolgd door een klinker (CV) zijn zwaarder dan lettergrepen die bestaan uit enkel een klinker (V), en lettergrepen met een medeklinker gevolgd door twee of drie klinkers (CVV, CVVV) zijn zwaarder dan lettergrepen met een medeklinker en een klinker (CV).
Opvallendheden
Er is in de Kutchi taal een interessant verschijnsel waargenomen dat vooral duidelijk is in de omgang met leenwoorden (met name woorden uit het Urdu en Engels). Kutchi-sprekers hebben steeds meer de neiging tot het verwijderen en invoegen van klinkers aan het einde van woorden (Abbasi et al., 2018).