Transferfouten
Aangezien het Kantonees erg verschilt van het Nederlands, worden er problemen verwacht als sprekers van het Kantonees de Nederlandse taal leren. Deze problemen zijn het gevolg van transfer en komen voor op het gebied van de fonologie, de morfologie, de syntaxis en de pragmatiek. Het is ook mogelijk dat deze problemen worden veroorzaakt als gevolg van een taalontwikkelingsstoornis (TOS), maar dit hoeft niet zo te zijn.
Fonologie Uitspraak Wat betreft de klanken zijn er duidelijke verschillen tussen Kantonees en Nederlands. Het Nederlands maakt een onderscheid tussen stemhebbende en stemloze plosieven en fricatieven. Omdat het Kantonees dit onderscheid niet kent, zou de verwerving van het onderscheid tussen stemloze en stemhebbende klanken door Kantonees-Nederlandse kinderen bemoeilijkt kunnen worden. Daarnaast kunnen de /f/, /s/ en /l/ in het Kantonees alleen aan het begin van een syllabe voorkomen, maar in het Nederlands kunnen deze klanken ook aan het einde van een syllabe voorkomen. Ook dit zou voor problemen kunnen zorgen bij de fonologische verwerving van het Nederlands door Kantonees-Nederlandse kinderen. Hieronder volgt een overzicht van alle consonanten die alleen in het Nederlands, en niet in het Kantonees, voorkomen en dus moeilijk te verwerven zouden kunnen zijn. - Plosief – stemhebbend: /b/, /d/ en /g/ (NB: de /g/ als in goal wordt in het Nederlands met een <k> geschreven, maar is wel hoorbaar in combinatie met een andere stemhebbende medeklinker, als in zakdoek) - Fricatief – stemloos: /x/ en /ʃ/ - Fricatief – stemhebbend: /v/, /z/, /ɣ/ en /ʒ/ - Vloeiklank: /r/ - Affricaten: /dz/, /tʃ/ en /dʒ/ (NB: deze gemengde consonanten komen voornamelijk voor in woorden van vreemde herkomst, als in pizza, tsjilpen en gin) Verder onderscheidt het Kantonees minder vocalen, maar meer tweeklanken dan het Nederlands. Het ligt in de lijn der verwachting dat Kantonees-Nederlandse kinderen moeite kunnen hebben met het verwerven van de vocalen die het Kantonees niet kent, te weten: /ʏ/, /ɪ/, /y/, /ɑ/ en de /ə/. Problemen met de Nederlandse tweeklanken zijn minder waarschijnlijk, omdat de tweeklanken die het Nederlands kent, grotendeels overeenkomen met enkele van de Kantonese tweeklanken. Syllabestructuur Het Kantonees kent, op /kw/ en /kwh/ na, geen consonantclusters. Voor Kantonees-Nederlandse kinderen zou dit moeilijkheden kunnen geven met het verwerven/produceren van de Nederlandse consonantclusters. Morfologie Verbuigingen Het Kantonees kent geen verbuigingen, waardoor sprekers van het Kantonees mogelijk moeite hebben met het verbuigen van zelfstandige en bijvoeglijke naamwoorden. Daarnaast bestaat er de kans dat Kantonees-Nederlandse kinderen zelfstandige naamwoorden dupliceren om de betekenis te veranderen of te benadrukken of zelfs classificeerders gebruiken om een zelfstandig naamwoord te vervangen. Vervoegingen Ook kent het Kantonees geen vervoegingen van het werkwoord. Hier zullen de Kantonese sprekers mogelijk problemen mee hebben als gevolg van transfer. Mogelijk zullen zij werkwoorden niet vervoegen en zullen zij moeite hebben met het formuleren van congruerende zinnen. Lidwoorden Het is mogelijk dat Kantonees-Nederlandse kinderen moeite hebben met het (juiste) gebruik van lidwoorden, omdat het Kantonees geen lidwoorden kent. Geslacht Kantonese sprekers maken geen onderscheid tussen hij, zij en het bij de derde persoon enkelvoud om het geslacht aan te geven. Dit kan bij Kantonees-Nederlandse kinderen leiden tot problemen, wanneer zij in het Nederlands dit onderscheid wel dienen te maken. Negatie In tegenstelling tot het Nederlands, maakt het Kantonees gebruik van dubbele ontkenningen. Mogelijk zullen Kantonese sprekers dubbele ontkenningen toepassen in de Nederlandse taal. Ze hebben waarschijnlijk moeite om onderscheid te maken tussen ‘geen’ en ‘niet’. Syntaxis Woordvolgorde Het Kantonees heeft net als het Nederlands de woordvolgorde SVO. Toch kan deze woordvolgorde in het Kantonees in sommige gevallen afwijken, zoals bij zinnen over het weer, topicalisatie en informeel taalgebruik. Het kan hierdoor voorkomen dat Kantonese sprekers soms de verkeerde woordvolgorde gebruiken in het Nederlands. Vraagzinnen Nederlandse vraagzinnen hebben een andere woordvolgorde dan declaratieve zinnen. Deze structuurverandering kent het Kantonees niet. Het wordt verwacht dat sprekers van het Kantonees fouten maken in de woordvolgorde van vraagzinnen. Pragmatiek De Chinese cultuur verschilt veel van de Nederlandse cultuur. De Nederlandse cultuur is voornamelijk individualistisch en Nederlanders zijn direct in hun communicatie. Ook in de totale houding ten opzichte van anderen verschillen Chinezen en Nederlanders van elkaar. Nederlanders zijn gewend te participeren in een conversatie, ook als dit is met iemand die hoger staat dan jezelf. Daarom wordt verwacht dat Chinezen in Nederland vaak de luisteraar-rol zullen aannemen bij iemand met een hogere status. Ook zullen zij waarschijnlijk veel beleefdheidsvormen gebruiken in de Nederlandse taal. |